Soms ben ik niet zo technisch... uit het navolgende relaas mag dat blijken.
Vaak ben ik wel enorm inventief, ook dat mag uit het navolgende relaas blijken.
Nieuwsgierig?
Mooi zo, verder lezen dan!
Het was een mooie, wederom warme dag in Bontebok. Aan de Zeeuwse kust vernikkelden de Duitse en anderszins toeristen in het gure, regenachtige weer - maar wij verwelkomden de zoveelste tropische dag op rij.
Heel leuk allemaal - behalve voor de kikkers en overige waterbewoners in de vijver van Peter en Aleida. Het was zo klaar als een klontje: de pomp moest weer aan om de waterstand acceptabel te houden voor onze kleine groene vriendjes.
Kaat toog dus naar de schuur, en draaide geroutineerd de hendel van de watertoevoer open.
"Blub", zei de pompinstallatie.
Voor de zekerheid wachtte ik nog even, maar nee: meer dan die ene, wat zieltogend klinkende blub was de pomp niet van plan voort te brengen...
Wat nu? De waterstand begon het niveau van alarmfase rood al te naderen - langer uitstel zou kikkermoord betekenen! En dat kan een ware dierenvriend als ik (had ik overigens al verteld dat ik laatst een compleet rattennest heb uitgemoord?) natuurlijk niet over haar hartje verkrijgen.
Dus de inventieve hersencellen maar aangesproken: ik spotte een tuinslang van minstens 800 meter, en wist een buitenkraantje naast de tuindeuren. Dan maar op die manier! Wat duurder in waterverbruik, maar het was nu eenmaal weekend en dat betekende vast dat Technische Meneren die de pomp zouden kunnen repareren met een pilsje binnen handbereik van het lekkere weer aan het genieten waren en dus niet zouden willen komen - ergo: dit was de enige manier om de kikkerstand voor uitdroging te behoeden.
Met enige moeite (al 44, he) legde ik de tuinslangconstructie aan, en tevreden met mijn briljante inval opende ik de kraan. Gelukkig, die werkte! Eerst maar even laten begaan, en maandag een pomptechneut bellen.
Net wilde ik weggaan, toen de tuinman aangereden kwam. Met het onafscheidelijke shagje aan zijn onderlip gekleefd zou hij net op z'n zitmaaier kruipen, toen ik hem aansprak: "kijk je wel uit met maaien, want ik heb een tuinslang uitgelegd, dwars over het grasveld."
Enigszins daas keek hij me aan, en antwoordde: "Peter hep 'n grondwaterpomp."
"Jaha," zei ik, een pietsje ongeduldig, "dat weet ik, maar die is kapot."
"Zal ik er effe naar zien?" repliceerde hij in onnavolgbaar Fries.
"Ga je gang," zei ik grootmoedig, en samen togen we naar de schuur. Alwaar hij meteen het lichtknopje probeerde.
"Da's toch helemaal niet nodig man," zei ik, mijn spreekwoordelijke geduld een klein beetje verliezend, "'t is licht zat."
"Jawel," knikte hij onverstoorbaar, "maar 't licht doet 't ook niet. Volgens mij is de stroom eraf."
Ik moet hem met open mond en met een zwaar debiele blik in de ogen aangekeken hebben - de stroom er af... Daar had ik nog niet aan gedacht! En we hadden een paar nachten geleden wel fiks onweer gehad, dus 't zou zomaar kunnen dat...
Ik vloog naar huis, en haalde de voordeursleutel van nummer 11. Een blik in de meterkast was voldoende: ja hoor: tuinman had helemaal gelijk, een van de aardlekschakelaars had pauze genomen...
Tja, toen was de zaak vlot gefikst. Althans, wat de inwerkingstelling van de pomp betrof. Het weer oprollen van die vermaledijde tuinslang nam meer tijd en sterk hernia-gerelateerde moeite in beslag...
Kaat (a.k.a. The Frog Queen)